Je moet 18+ zijn om onze webshop te bezoeken

Je moet minstens achttien jaar oud zijn om gebruik te maken van onze webshop. Ben je ouder dan achttien jaar?

Blog navigation

Alles Wat Je Moet Weten Over Binnen Wiet Kweken

323 Weergaven 0 Vind-ik-leuk
 

Overweeg je om zelf wiet te kweken binnen? Indoor wiet kweken is niet moeilijk, maar voor een succesvolle oogst is het wel erg aan te raden om vantevoren een paar belangrijke dingen te weten. Er zijn talloze factoren die bijdragen aan een mooie oogst, van de kiemfase tot aan de juiste kweekomstandigheden. In deze gids nemen we je mee door het gehele proces.

Deze guide is zowel voor beginners als voor growers die al wat ervaring hebben. We houden het compact maar noemen alle dingen die tijdens je grow belangrijk kunnen zijn in één handig overzicht.indoor cannabis growing under lights

Binnen wiet kweken

Wiet kun je in principe buiten kweken in elk land met een niet te koud klimaat in het zomerseizoen, maar binnenkweek geeft je de mogelijkheid om het hele jaar door te kweken, onafhankelijk van de weersomstandigheden. Dit vereist wel een investering in apparatuur en wat kennis over de dingen die bij binnenteelt komen kijken, maar geeft volledige controle over het kweekklimaat en biedt de mogelijkheid voor een continue oogst en het kweken van prachtige, potente wiet van hoge kwaliteit. Hieronder vind je een handig overzicht en stappenplan.

Essentiële Basisbenodigdheden

  • Zaden (duh :p)
  • Kweektent of ingerichte kweekruimte
  • Kweekmedium (aarde, kokos of hydrocultuur)
  • Voedingsstoffen voor groei en bloei
  • Verlichtingssets (LED of HPS) met timer
  • Ventilatoren en koolstoffilters (voor luchtverplaatsing en tegen geur)
  • Optioneel maar wel handig: pH- en EC-meter

Ontkiemen

Het ontkiemen van wietzaden is de eerste stap in het kweekproces. De beste methode is volgens de meeste kwekers de zaadjes laten ontkiemen tussen vochtige wattenschijfjes of vochtig keukenpapier. De sleutel tot succes is de juiste balans tussen vocht en temperatuur, zonder licht. Simpel uitgelegd moet je het volgende doen:

  • Neem een schotel en leg hierop vochtig gemaakt keukenpapier of katoenen wattenschijfjes. Zorg dat het materiaal niet ontzettend nat is, maar wel goed vochtig.
  • Plaats je zaadjes op het vochtige materiaal met minimaal 1cm afstand tussen de zaadjes.
  • Dek af met nog een laag vochtig keukenpapier of wattenschijfjes.

Zorg hierbij dat de zaden nog geen licht krijgen: wietzaden houden ervan om in het donker te ontkiemen. Zorg ook voor een goede omgevingstemperatuur: de ideale temperatuur voor het ontkiemen van wietzaden is tussen de 22°C en 25°C. Ook zuurstof speelt een rol bij de ontkieming; daarom heeft de keukenpapier-manier een hoger slagingspercentage dan andere methodes (bijvoorbeeld de methode waarbij je zaadjes in een glas water doet).

Je kunt de schotel met wietzaadjes ook nog afdekken met plastic folie waarin je een paar gaatjes prikt, om het vochtgehalte en de temperatuur nog stabieler te houden. Maar of je nu afdekt of niet: houd het vochtgehalte en de temperatuur in ieder geval in de gaten. Schenk kleine beetjes water bij als dat nodig is en zorg dat de temperatuur binnenshuis aangenaam is. Wietzaden ontkiemen voor de buitenkweek doe je meestal rond half maart; achter een zonnig raam zou de temperatuur in principe prima moeten zijn. Een propagator / mini-kas gebruiken is ook een goede optie om de temperatuuur hoog genoeg en stabiel te houden.

Als je bovenstaande stappen volgt, zou je binnen 1 tot 4 dagen het eerste worteltje uit de zaden moeten zien verschijnen. Bij oudere zaden zou dit zelfs nog iets langer kunnen duren; na verloop van tijd wordt de kiemsnelheid en het kiempercentage steeds lager. Verse kwaliteitszaden kopen is daarom een goed idee voor een succesvol begin van je kweek.

Als de zaden zijn ontkiemd en het eerste worteltje zichtbaar is, verplaats je de zaden naar potjes met (liefst biologische) zaai- of stekaarde en zet je deze tijdelijk onder een geschikte lichtbron, zodat de plantjes echt aan hun groei kunnen beginnen. Als de plantjes na 2-3 weken goed gegroeid en geworteld zijn, verpot je ze naar hun uiteindelijke locatie.

Soortkeuze

Het kiezen van de juiste cannabissoort is een eerste belangrijke stap in je kweek. Als je gefeminiseerde zaden gebruikt, weet je zeker dat je toppen zonder zaad kweekt en hoef je geen mannetjesplanten te verwijderen. De meeste binnenkwekers kiezen voor gefeminiseerde, indica-dominante soorten omdat deze kleiner blijven dan sativa-soorten en vaak een kortere bloeiperiode hebben, waardoor je oogst eerder klaar is. Als je toch sativa's wilt kweken, is dit zeker mogelijk, maar houd er dan rekening mee dat deze planten lang kunnen worden en meestal een langere bloeiperiode hebben dan indica's. Dit is goed te ondervangen met de juiste kweektechnieken en lichtschema's en hoeft je dus niet te weerhouden van het kweken van een heerlijke Silver Haze bijvoorbeeld; maar wil je het jezelf niet te moeilijk maken, kies dan eerder voor bijvoorbeeld Blueberry, Chemdawg of Zkittlez. Let bij het kiezen van je zaden vooral op de smaak en de effecten die je graag wilt, de lengte van de bloeiperiode, de planthoogte en of de zaden geschikt zijn voor de binnenkweek.

Kweekmedium

Na het kiezen van je zaden, is het aan jou om te beslissen welk medium je wilt gebruiken om je planten in te laten groeien en bloeien: aarde, kokossubstraat of hydrocultuur. Elke medium heeft zijn voor- en nadelen, maar aarde is en blijft het populairst: dit ligt het dichtste bij de natuur en bevat van zichzelf al voedingsstoffen en bodemleven. Ook maakt het volledig biologisch kweken mogelijk, wat voor iedereen die wil genieten van lekkere, zelf gekweekte wiet, een fijn idee is. Bij bijvoorbeeld hydrocultuur worden meestal synthetische voedingsstoffen (kunstmest) toegepast; gebruik je daarentegen biologische aarde en biologische voeding, zorg je ervoor dat de plant alle van nature aanwezige nutriënten en sporenelementen kan opnemen, wat de smaak, de kwaliteit en de afweer van de plant ten goede komt. Ook weet je dan zeker dat er geen kunstmest en giftige bestrijdingsmiddelen in je eindproduct terechtkomen.

Kweekruimte Inrichten

Vele mensen die binnen kweken voor eigen gebruik, kiezen voor een kweektent. Een goede kweektent is lichtdicht, biedt de mogelijkheid om afzuiging en lampen in te installeren, is gemaakt van stevig materiaal en heeft een reflecterende binnenkant. Zelf een kweekruimte bouwen is natuurlijk ook mogelijk! Denk bv. aan het ombouwen van een geschikte kast, het op de juiste manier inrichten van een (kleine) ruimte in je huis, of zelfs aan het ombouwen van een oude computerkast voor een micro-kweek. Wat je ook kiest, dit zijn de basispunten om aan te denken bij het inrichten van een kweekruimte:

  • Zorg voor voldoende ventilatie dmv een afzuiger en voor luchtzuivering dmv een koolstoffilter.
  • Bekleed de ruimte met reflecterende folie, of verf hem wit, voor optimale lichtreflectie.
  • Hang de lampen op de juiste afstand van de planten.
  • Maak de ruimte volledig lichtdicht om de lichtcyclus niet te verstoren.
  • Maak de ruimte luchtdicht om geuren te voorkomen.

Lichtschema

Als je binnen kweekt, kun je zelf bepalen hoe lang de groeiperiode duurt en wanneer je de bloeiperiode laat ingaan. Dit doe je door met een timer het aantal lichturen dat de plant krijgt te regelen. Wietplanten gaan bloeien als ze slechts 12 uur licht per dag krijgen; van nature is hun biologische klok er namelijk op ingesteld om te gaan bloeien wanneer de dagen korter worden. Binnen boots je dit na door bijvoorbeeld de planten eerst 18 uur licht en 6 uur donker te geven gedurende een aantal weken (de groeifase), waarna je de klok instelt op 12 uur licht en 12 uur donker en de planten zodoende de bloeifase ingaan. Op deze lichtschema's bestaan variaties, en bij sommige wietsoorten is het verstandig om een korte of juist langere groeifase te gebruiken, maar het meest gangbare is een groeifase van 3 weken, waarna je de klok omschakelt naar 12/12 en de planten op 12/12 laat bloeien totdat ze oogstklaar zijn.

Hoe hoog je je lampen boven de planten hangt, is ook belangrijk. Als je de lampen te laag hangt, bestaat het gevaar dat de bovenste delen van de plant te warm worden en dit zal nadelige gevolgen hebben voor hun groei en bloei. Als je HPS-lampen gebruikt, is de basisregel dat de afstand in centimeters tot het hoogste punt van je planten minstens gelijk is aan het wattage van je lamp gedeeld door tien. Dus voor een lamp van 400 Watt, hang je de lamp ten minste 40 cm boven het bladerdak.
Als je LED-verlichting gebruikt, lees dan eerst de instructies van de fabrikant door om een goede hoogte van de lamp te bepalen. Tussen de diverse soorten LED-lampen op de markt zitten namelijk vele verschillen, die allemaal invloed hebben op hoe hoog de lamp idealiter moet hangen. Bij twijfel: begin liever met de lamp te hoog te hangen i.p.v. te laag, om lichtstress bij de planten te voorkomen.

Verzorging Tijdens de Groei

Vanaf het moment dat je planten zijn ontkiemd, is de juiste verzorging belangrijk. Denk aan plantenvoeding, het aanpassen van de hoogte van de verlichting tijdens de groei en het zorgen voor de juiste hoeveelheid water. Ook het behouden van een stabiele temperatuur is van groot belang voor de groei en bloei van je wietplanten. De ideale temperatuur varieert een beetje gedurende de verschillende groeifasen, maar ligt het liefst altijd tussen de 18-26°C. Zorg er in ieder geval voor dat je extremen in temperatuur voorkomt om stress te minimaliseren en een optimale groei te bevorderen.

Ook kan het belangrijk zijn om de pH-waarde en EC-waarde van je medium en voedingswater in de gaten te houden. Als je een beginnend kweker bent, kun je er ook voor kiezen om pH en EC niet te meten. Als je later meer kweekervaring hebt, kom je er vanzelf achter waarom pH en EC meten belangrijk kan zijn - bijvoorbeeld bij het bepalen van oorzaken van voedingstekorten of andere plantproblemen. Tot die tijd kun je prima een paar kweekrondes doen zonder je druk te maken over pH en EC.

Water Geven

Je planten hebben uiteraard water nodig. De basisregel is dat je er voor zorgt dat je kweekmedium niet uitdroogt, maar ook niet enorm nat staat. Balans is het sleutelwoord; als je meer kweekervaring opdoet, ontwikkel je hier vanzelf gevoel voor. Een simpele manier om te controleren of je planten water nodig hebben, is door de bovenste laag van de aarde te voelen; deze moet licht vochtig zijn. Geef altijd water op het kweekmedium zelf en niet op de planten; hiermee voorkom je schimmelproblemen. Idealiter geef je zelfs water onder de potten: dit kun je doen door bv. je potten op schalen te zetten, waarna je water in de schalen schenkt. Je kunt kraanwater gebruiken, dit is in principe geen probleem, maar ervaren kwekers geven de voorkeur aan regenwater, gefilterd water of bronwater, omdat dit de juiste hardheid heeft, minder reststoffen bevat en ervoor zorgt dat er bijvoorbeeld niet teveel calcium in je kweekmedium terecht komt. Maar voor een eerste kweek kun je prima kiezen voor kraanwater.

De Voeding

De juiste voeding kiezen voor je planten kan grote voordelen opleveren wat betreft de smaak van je wiet, de grootte van je toppen en de weerstand van de plant tegen ziektes. Stikstof (N), fosfor (P) en kalium (K) zijn de belangrijkste voedingsstoffen. Tijdens de gehele kweek heeft de plant elke voedingsstof nodig, maar de behoefte varieert per fase. In de groeifase bijvoorbeeld heeft een plant meer stikstof (N) nodig en in de bloei meer kalium (K).

Over de juiste voeding bestaan veel verschillende opvattingen. Veel erover lezen, onderzoeken en uitproberen zal je steeds meer kennis en gevoel opleveren voor wanneer en hoeveel je van welke voeding moet geven. Wil je het jezelf makkelijk maken en in één keer klaar zijn, kijk dan eens naar onze complete voedingskit voor biologische kweek! Deze kit zorgt ervoor dat je alles in huis hebt voor de groei- en bloeifase, compleet met instructies over hoeveel en wanneer je van welke voeding moet geven. Hiermee hoef je je ook geen zorgen te maken over onder- of overvoeding. Daarnaast zorgen de speciaal geselecteerde componenten van het pakket vanaf de 1e kweekdag voor een actief bodemleven, met o.a. gunstige mycorrhiza, wat de voedingsopname van de planten drastisch ten goede komt.

Toppen, Fimmen, LST en ScrOG

Technieken zoals toppen, fimmen, LST (Low Stress Training) en ScrOG (Screen of Green) worden gebruikt om de opbrengst te verhogen en de plantgrootte onder controle te houden. Deze methodes zorgen voor een meer gelijkmatige lichtverdeling, waardoor elke top evenveel licht kan ontvangen en zich goed kan ontwikkelen.

Toppen doe je door de (hoofd)top af te knippen wanneer het plantje minimaal 15cm hoog is en minimaal 3 zijtakken heeft ontwikkeld, waardoor de plant meer als een struik gaat groeien. Dit zorgt ervoor dat alle overige toppen aan de plant zich meer gaan ontwikkelen, i.p.v. één grote hoofdtop en meerdere kleine topjes. Bij fimmen (F*ck I Missed) doe je hetzelfde maar laat je nog een klein deel van de zich ontwikkelende hoofdtop zitten, in de hoop dat de plant meer dan één hoofdtop gaat aanmaken en de plant, net als bij gewoon toppen, meer als een struik gaat groeien.

Low Stress Training (LST) is een techniek waarbij je optimaal gebruik maakt van de beschikbare ruimte en licht. Deze methode bestaat uit het voorzichtig buigen en vastbinden van de stelen van de cannabisplant. Een wietplant heeft de neiging om een grote centrale stam te ontwikkelen met een grote hoofdtop, terwijl de zijtakken gewoonlijk kleinere toppen produceren. Door middel van LST probeer je het gewas zodanig te vormen dat het een gelijkmatige hoogte heeft. Zo krijgt elke top meer gelijkmatig licht, wat resulteert in grotere toppen en uiteindelijk in hogere opbrengsten. Het mooie van LST is dat je je kweekopstelling niet hoeft aan te passen. Een beetje kennis en enkele eenvoudige hulpmiddelen zijn alles wat je nodig hebt. Een Screen of Green (ScrOG) tenslotte is eigenlijk een variatie op LST, waarbij je een net of gaaswerk gebruikt om de stelen met toppen aan vast te binden.ScrOG Screen of Green Cannabis

Plagen en Ziekten

Voorkomen is beter dan genezen, vooral als het gaat om plagen en ziekten. Regelmatige inspectie van je planten en een schone kweekomgeving kunnen veel problemen voorkomen. Ongedierte zoals spintmijten, tripsen en bladluizen kunnen je planten, en dus je oogst, flink aantasten. Maar hoe herken je plagen op je wietplant? We noemen hier de meest voorkomende. Spintmijten laten kleine gele of witte stipjes achter op de bladeren en je ziet mogelijk fijne webben. Tripsen veroorzaken zilverachtige vlekken op de bladeren, en bladluizen zie je vaak in groepjes aan de onderkant van de bladeren of bij jonge scheuten.

Schimmelziekten zoals meeldauw en wortelrot zijn ook veelvoorkomend. Meeldauw herken je aan de witte, poederachtige laag op de bladeren, terwijl wortelrot zich uit in verkleurde, slap hangende bladeren omdat de wortels hun functie verliezen. Om deze problemen aan te pakken, kun je biologische bestrijdingsmiddelen zoals roofmijten, neemolie of knoflookspray gebruiken. Verwijder aangetaste delen van de plant, zorg voor een goede luchtcirculatie en juiste watergift en werk zo hygiënisch mogelijk.

De Binnenkweek Samengevat

Met de juiste voorbereiding, soortkeuze en kweekruimteinrichting, kan binnen kweken goede oogsten van mooie toppen opleveren. Door nauwgezet de groeiomstandigheden te beheren, kun je het hele jaar door hoogwaardige wiet kweken. Hieronder volgt nog een keer een beknopt overzicht van de stappen die bij je binnenkweek komen kijken.

Stappenplan voor Binnenteelt

  1. Plan je kweekruimte: Kies de locatie en grootte van je kweektent of kamer.
  2. Verzamel je apparatuur: Schaf alle essentiële benodigdheden aan, afgestemd op de grootte van je kweekruimte.
  3. Selecteer je soorten: Bepaal welke soorten het beste passen bij je kweekomgeving en doelen.
  4. Richt je kweekruimte in: Installeer verlichting, ventilatie en andere benodigdheden.
  5. Start met kweken: Begin met ontkiemen en verplaats de zaailingen naar de kweekruimte zodra ze sterk genoeg zijn.
  6. Beheer je kweek: Zorg voor de juiste voeding en pas omgevingsfactoren aan voor optimale groei.
  7. Oogst en verwerk: Oogst op het juiste moment en volg de juiste droog- en cureprocessen.

Oogsten, Knippen en Drogen

Na de grow volgt natuurlijk de oogst! Maar hoe bepaal je het beste moment om je toppen te oogsten? Oogst je te vroeg, dan zijn je toppen nog niet helemaal volgroeid waardoor je minder wiet overhoudt, en krijg je minder THC omdat de trichomen nog niet rijp zijn. Te laat oogsten zorgt voor een verval van THC, waardoor je wiet minder sterk is. Om te weten wat het beste oogstmoment is, kun je een paar dingen doen. Kijk naar de trichomen (harsklieren) met een goed vergrootglas. Als de klieren ongeveer 70% melkwit zijn, is het een goed moment. Een andere indicatie van oogsttijd is de kleur van de stampers: als deze grotendeels bruin zijn, zijn je toppen mooi op weg om te rijpen. Als de bladeren van je plant geel worden, kan dit ook een indicatie zijn van een naderende oogst. Daarnaast is de door de breeder aangegeven bloeitijd van je wietsoort natuurlijk een handige aanwijzing. Al deze dingen samen geven je een vrij nauwkeurige indruk van het beste oogstmoment.

Oogsten doe je door de zijtakken met daaraan de toppen los te knippen van de plant. Daarna kun je er voor kiezen de takken meteen te drogen te hangen en later de kleine blaadjes weg te knippen, of eerst deze blaadjes weg te knippen en daarna de takken te drogen hangen (droog knippen of nat knippen). Er zijn voor- en nadelen aan beide methoden. Droog knippen is beter voor de smaak en kwaliteit, maar het neemt meer ruimte in, er is iets meer kans op schimmel en het knippen zelf is iets onhandiger dan wanneer je nat knipt. Nat knippen is sneller en je hebt minder kans op schimmel, maar de smaak van je wiet is uiteindelijk misschien iets minder sterk, hoewel het verschil voor velen niet enorm merkbaar zal zijn. De keuze is aan jou!

Drogen doe je het liefst in een donkere kamer van ongeveer 20°C en met ongeveer 50% luchtvochtigheid. Zorg voor licht circulerende lucht (gebruik bijvoorbeeld een ventilator) en zorg voor voldoende ruimte tussen de toppen. Zo drogen ze het beste. Er zijn verschillende manieren om je toppen op te hangen: je kunt bijvoorbeeld lijnen spannen en hieraan met knijpers de takken ophangen. Je kunt ook de toppen losknippen van de takken en deze in een droognet leggen.

Sommige kwekers zweren bij het 'spoelen' van de plant, 1 à 2 weken vóór de oogst. Dit betekent dat je in de laatste weken alleen water geeft, zodat de wiet schoner smaakt en niet naar overtollige voedingsstoffen wanneer je het gaat roken. Met name als je kunstmest gebruikt, is dit een goed idee. Bij biologisch kweken hoef je hier minder rekening mee te houden, maar ook dan kun je er prima voor kiezen om in de laatste weken alleen water te geven, zonder voeding dus. 

Curen

Curen is de laatste belangrijke stap in het hele proces. Curen verbetert de smaak, geur en potentie van je wiet. Hiervoor doe je de gedroogde wiet in een luchtdichte container (een weckpot bijvoorbeeld) waarin de wiet langzaam kan rijpen. Af en toe open je de pot een dagje om de wiet te laten 'ademen', waarna je hem weer sluit. Na een maand of twee zul je merken dat de wiet merkbaar zachter en zoeter van smaak is geworden. Zorg wel dat de wiet goed droog is voordat je gaat curen: te natte wiet curen kan zurige, ongewenste smaakjes en een veel minder lekker eindproduct opleveren!

Conclusie

Wiet kweken is een boeiende hobby die zowel uitdagend als lonend kan zijn. Met de juiste kennis en zorg kun je zelf hoogwaardige cannabis kweken. We hopen dat deze blog bijdraagt aan jouw eigen oogst van heerlijke toppen. Veel kweekplezier!

 
Geplaatst in: Cannabis